Annemieke was één van de eerste personen die in me op kwam voor het schrijven van een gastblog in het kader van ‘FoodJourney‘. Een lieve vriendin die de meest mooie en speciale reizen heeft gemaakt met niet altijd voor de hand liggende bestemmingen en dus ontzettend veel te vertellen heeft. Mogelijk als gevolg van haar bescheiden karakter zijn lang niet alle verhalen al de wereld in geholpen, verhalen die zeker wel de moeite waard zijn te delen. Toen ze mij het onderstaande stukje stuurde was ik geraakt. Geraakt omdat ik de liefde voel voor haar dochter waar ze het over heeft. Geraakt omdat ik voel dat zij woorden probeert te geven aan iets wat op haar indruk heeft gemaakt, aan wat bijgedragen heeft aan wie ze is. Bedankt Annemieke, al lezend voelde het alsof ik er een beetje bij was, daar in Tibet.
Bij het horen van het onderwerp ‘FoodJourney’ dwaalden mijn gedachten af naar de reiservaringen die we in de afgelopen decennia hebben opgedaan. Geïnspireerd pakte ik mijn dagboekjes van de reizen die we gemaakt hebben en begon ik te lezen (en droomde weer weg naar al die mooie momenten). Die ervaring had ik door het enthousiasme van Elize in ieder geval al te pakken!
In al die dagboeken zocht ik naar momenten waarop we vreemde dingen aten of onze maaltijd nuttigden op de meest vreemde plekken of met bijzondere mensen. Tijdens mijn zoektocht kwam ik ook momenten tegen waarop de rol van eten heel summier was, maar de geestelijke voeding daarentegen op die plek wel van hoog niveau was. Kortom geuren, kleuren, smaken en ervaringen die je de rest van je leven niet meer vergeet.
Ik ben een persoon die niet goed kan kiezen met als gevolg dat er niet direct één verhaal uit kwam rollen na het lezen van al die dagboeken. Het begrip ‘FoodJourney’ heeft daarna een tijdje op een laag vuurtje in mijn hoofd gesudderd.
Op een vrijdag stond ik thuis in de keuken eten voor te bereiden voor een grote groep vrienden en familie. Naast me, op een stoel, stond mij dochter van bijna 2 jaar nieuwsgierig toe te kijken. Opeens realiseerde ik dat ik toekeek naar hoe haar ‘FoodJourney’ op dat moment een start maakte. Er lag munt, peterselie, koriander en knoflook uitgestald. Ze vroeg bij alles “wa ti ta?” en “mag ik proeve?”. Overal wilde ze aan ruiken en van proeven. Dat haar reactie vaak ‘niet lekker’ was zullen we maar niet te veel aandacht aan schenken. Het was haar ontdekking van nieuwe smaken en geuren, het had haar interesse, en daar was ik als moeder dan weer heel blij om. Mooi om als moeder in je eigen huis getuige te mogen zijn van deze ‘FoodJourney’, van ons kind aan het begin van haar levensreis.
Na deze ervaring bleef het begrip ‘FoodJourney’ me toch bezighouden en ik probeerde het dan ook vanuit allerlei perspectieven te bekijken. De filosofische kant bracht me steeds opnieuw bij de herinnering aan onze reis door Tibet.
Alweer 13 jaar geleden, in september 2001, trokken we rond in Tibet. Op een dag gingen we naar de grotten van Rinpoche. Het verhaal gaat dat hier een jonge boeddhistische monnik jaren heeft gewoond en gemediteerd. Met een aantal medereizigers zaten we achterin de bak van de pick-up truck en reden we over de hobbelige weg naar de plek waar de beklimming naar die heilige plek zou beginnen. Vol enthousiasme begonnen we aan de klim niet wetende hoe het er daarboven uit zou zien of wat we konden verwachten. Na een tijdje gelopen te hebben stopte we even om de prachtige omgeving goed in ons op te nemen. Er hing een mystieke sfeer in de lucht.
We zagen dat de rest van de groep wat langzamer was en dat we een behoorlijk gat hadden geslagen. Innerlijk genietend van de sfeer en het landschap liepen we verder omhoog. We kwamen langs een aantal “grot huisjes” waar nonnen en monniken leven. Toen ik een non vriendelijk begroette, moest ik wachten en stak ze een kaarsje voor me aan. Na bijna 2 uur klimmen kwamen we boven. Wat verwonderd stonden we rond te kijken toen een vriendelijke monnik ons met handen en voeten duidelijk maakte dat we via een trappetje naar beneden onder de grond moesten. In het moment opgaand, dachten we geen seconde na en daalde we af naar een donker hol. Achteraf bedenk ik me dat we misschien eerst even de situatie hadden moeten overzien voordat je je laat opsluiten in een donker hol. Maar we volgden gewoon ons gevoel op dat moment. Daar onder de grond in het donker stond een klein boeddha beeld in schemer verlicht. We gingen op de grond zitten en lieten onze gedachten gaan en hoorde alleen onze ademhaling. Het was een spirituele ervaring waarbij we mediterend naar dat beeld zaten te staren. Er schoten gedachten in mijn hoofd van dankbaarheid voor alles wat we mogen meemaken in goede gezondheid. De gedachte aan mijn overleden oma was ook sterk aanwezig.
Plotseling werd dit intense moment verstoord doordat de rest van de groep ook boven was gekomen en naar de donkere holte kwam, maar dan niet in stilte. Wij waren gevoed met dat mooie rustmoment daar in die donkere ruimte. Als 2 andere mensen liepen we de berg weer af. Begrijp me niet verkeerd, ik begrijp dat naar beneden lopen sowieso anders voelt dan wanneer je de berg op moet, maar dat stilte moment was daadwerkelijk van invloed op ons geweest.
Aan het einde van de middag kwamen we aan bij ‘Drigung Til’, dit is een plek hoog in het gebergte waar sky burials plaatsvinden. Niet alleen voor ons maar ook voor de Tibetanen zelf is dit een bijzondere plek. Wederom zo’n plek op de wereld waar je vanzelf stil wordt, soms slechts nog even iets tegen elkaar fluistert. Het lichaam van de overledene wordt hier letterlijk gevoerd aan de gieren. De overgebleven botten en resten worden met bloed en meel vermalen en dan alsnog aan de vogels gevoerd.
Op die plek hebben we een oude reïncarnatie proef gedaan. Je moest dan met je ogen dicht van de ene steen naar de andere steen lopen en weer terug op een berghelling. Als dit lukt dan is de gedachte dat je in het volgende leven weer dezelfde ouders krijgt. Het is ons zowaar gelukt dus in theorie weten we wat ons te wachten staat. Of het waar is kan ik jullie niet vertellen…
Geraakt door alle indrukken van die dag vielen we ’s avonds in slaap op de houten banken in de ijskoude zaal van dat klooster. Deze prachtige ervaringen op reis hebben ons gevoed met gedachten en emoties. Nu ik dit 13 jaar later beschrijf kan ik nog steeds de spirituele kracht voelen van dat moment.
De volgende ochtend werden we gewekt met een kopje yakboterthee. Hierbij moet je vooral niet aan thee denken maar aan een zoute geschifte bouillon (slechts ‘yak’ lijkt beter van toepassing). Uit beleefdheid dronken we ons kopje leeg. Gelukkig was het een klein kopje want het was echt smerig. Ik kan je het recept van yakboterthee geven maar geen enkele weldenkende Europeaan drinkt dit vermoedelijk voor zijn plezier. Bespaar je de moeite dus van het maken van deze ‘thee’ en besteedt je tijd liever aan het maken van de lekkere recepten die op deze blog te vinden zijn.
Ik ga verder met mijn levensreis en probeer de momenten, mensen en ervaringen die op mijn pad komen te gebruiken als voeding voor wat er gaat volgen. Het is dus vooral een filosofische benadering geworden van mijn ‘FoodJourney’, wat overigens niet wil zeggen dat ik niet ook heel graag letterlijk nieuwe recepten uitprobeer en daar graag van geniet met iedereen die mij lief is.
De prachtige foto van de Tibetaanse Monnik is van Sean Gallagher. De foto van het Tibetaanse landschap komt van deze site.